In matsyasana leun je vanuit de stafhouding met een holle rug naar achteren tot het hoofd op de vloer rust.
- Buig naar achteren vanuit dandasana, de benen blijven daarbij gestrekt en de voeten bij elkaar.
- Steun op de ellebogen en onderarmen. Maak de rug hol en leg het hoofd in de nek.
- Het achterhoofd raakt nu de vloer, waarbij de knieën in padmasana op de vloer blijven rusten.
- Concentreer je op de schildklier (halsstreek).
- Blijf zolang in de houding als goed voelt en doe de yoga adem.
- Breng het hoofd langzaam terug en leg het lichaam dan op de vloer.
- Rust uit
Aandachtspunten
Houd tijdens de knieën op de vloer. Het lichaamsgewicht rust gedeeltelijk op het achterhoofd. Als dat niet prettig voelt kun je de focus naar het bekken verleggen. Belangrijk is dat u de rug zo hol mogelijk maakt en het hoofd zo dicht mogelijk bij de heupen probeert te krijgen. Wees voorzichtig als je last hebt van hoge of lage bloeddruk, glaucoom of rug- en nekklachten.
De matsyasana is een van de beste houdingen uit de yoga. Het hoofd wordt ver naar achteren gebogen, waardoor de halsstreek goed doorbloed wordt en daarmee ook de schildklier. Matsyasana helpt bij verkoudheid (verstopte neus) en verhoogt de weerstand tegen infectieziekten. De borstkas wordt in deze houding verruimd, wat de longinhoud ten goede komt.
Matsyasana helpt bij: Lage rugpijn, spanningen in nek, schouders en rug; verkoudheid; schildklier, obstipatie, stress, slechte lichaamshouding, astma en bronchitis.