Mijn reis door India zit er weer op helaas maar de herinneringen zijn mooi. Ik heb er een verhaal over geschreven voor de Deventer Post, het staat hieronder.
Gerreke en reisgenote Marijke hielden Agra snel voor gezien en stoomden door naar de roze stad Jaipur, hoofdstad van Rajasthan. ,,Voor het bezoek van de prins van Wales in 1876 werd de stad roze geschilderd. Gemakshalve hebben ze dat maar zo gelaten. In meerdere opzichten staat de tijd er stil. Op weg naar het Amber fort keken we onze ogen uit. Alles wat India kenmerkt leek op één plaats samen te komen: armoede, rijkdom, apen, varkens en als topper olifanten! Onze chauffeur laveerde met een grote smile zijn karretje naast de gigantische poten van een enorme olifant die stapvoets te midden van zijn kudde tegen de heuvel op ploeterde. We waren al aardig verhit maar de gedachte aan een misstap van de enorme olifantenpoot liet het kwik nog meer omhoog schieten. Hadden we onze hand uit het raampje gestoken, dan hadden we de kolos met gemak aan kunnen raken. Chauffeur Amit vroeg of wij een ritje op een olifant wilde maken. Een auto is met de Indiase rijstijl al een bezoeking, maar een tocht op een olifant topt het nog nét. Vervoer is overigens makkelijk te regelen. Taxi’s kun je voor weinig geld de hele dag huren en de inlandse vluchten zijn ook heel betaalbaar. Zo vlogen we van Jaipur naar Amritsar kort aan de grens van Pakistan. Daar bevindt zich de Gouden Tempel van de Sikhs. Het gonsde er van activiteiten. Mannen die een bad namen, vrouwen die aan het vegen en schrobben waren tussen de biddende mensen. Het was indrukwekkend, vooral het hele sociale gebeuren eromheen. De mensen waren heel hartelijk en wilden graag een praatje aanknopen, dat gold overigens ook voor alle andere plekken waar we kwamen. We hebben ons geen moment onveilig of bedreigd gevoeld.”